De juiste bekabeling maakt echt verschil. Zelfs met hoogwaardige apparatuur kan een slechte kabel de prestaties beperken. Besteed daarom aandacht aan de kwaliteit van je kabels – een zwakke schakel kan het hele systeem beïnvloeden.
De meeste microfoons gebruiken een 3-polige XLR-aansluiting. Deze microfoonkabels zijn gebalanceerd met drie geleiders, wat lage ruisniveaus oplevert over langere afstanden – in tegenstelling tot ongebalanceerde verbindingen. Oudere microfoons hebben soms een adapter nodig voor moderne XLR-standaarden.
Connectoren zijn net zo belangrijk als het kabelmateriaal: goedkope pluggen zonder trekontlasting leiden vaak tot storingen. Neutrik is een industrienorm – robuust en betrouwbaar.
Voor topkwaliteit bieden merken als Vovox en Mogami professionele oplossingen; voor een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding zijn Cordial en Sommer Cable ideale keuzes.
Digitale XLR (zoals AES/EBU of S/PDIF) lijkt fysiek op een microfoonkabel, maar vereist een specifieke impedantie: 110 Ω voor AES/EBU en 75 Ω voor S/PDIF (coaxiaal RCA). Er bestaan digitale RCA↔XLR-adapters die deze standaarden koppelen.
Gebalanceerd of ongebalanceerd?
Ongebalanceerde kabels hebben één signaalleider en een afscherming. Ze zijn gevoelig voor storing (zoals van voedingen of schermen) – typisch bij gitaar- en baskabels.
Gebalanceerde verbindingen gebruiken twee signaalgeleiders en annuleren ruis. In studio’s is een gebalanceerde TRS- of XLR-aansluiting de beste keuze.
Er is geen hoorbaar verschil tussen TRS en XLR – XLR is alleen mechanisch robuuster.
Gebalanceerd: twee signaalleiders + aarde; de omgekeerde fase elimineert ruis – ideaal voor langere afstanden en professionele toepassingen (microfoons, monitoren).
Ongebalanceerd: één signaalleider + aarde; eenvoudiger maar gevoeliger voor interferentie – geschikt voor korte verbindingen (gitaar, keyboard).
Premiumkabels zijn aanbevolen voor lange afstanden, vaste installaties of kritische opnames. In een thuisstudio is een degelijke middenklasse-kabel vaak voldoende.
Tip: gebruik bij langere instrumentlijnen een DI-box om het signaal te balanceren.
Digitale verbindingen zijn ideaal voor ruisvrije overdracht over lange afstanden. AES/EBU gebruikt XLR, S/PDIF RCA of Toslink, en optische kabels (ADAT, MADI) kunnen meerdere kanalen tegelijk transporteren.
Adapters zijn handig voor tijdelijke situaties of testen, maar voegen extra contactpunten toe die storingen kunnen veroorzaken. Voor permanente verbindingen is een specifieke kabel beter.