Of het nu om zang, spraak of instrumenten gaat: tegenwoordig komen we nauwelijks nog audiomateriaal tegen dat volledig onbewerkt is. Zelfs een beetje equalizing kan helpen om een stem beter naar voren te brengen, bijvoorbeeld door de presence te benadrukken. Daarbij maken we onderscheid tussen effecten die het signaal vooral optimaliseren en creatieve effecten die het signaal hoorbaar veranderen. Het gebruik van signaalprocessoren is zo oud als de opnametechniek zelf, maar tegenwoordig een stuk betaalbaarder dan in de tijd van grote galmplaten in de kelders van studio’s. Naast de “specialisten” zijn er ook multieffecten verkrijgbaar die veel bewerkingen in één apparaat combineren.
Met uiteenlopende taken helpen deze apparaten het volume onder controle te houden. In het meest extreme geval gebeurt dat met een limiter die bijvoorbeeld het niveau beperkt tijdens een evenement of in een ruimte. Sommige processoren zoals de Behringer MDX2600 V2 (PAH0020550-000) bieden naast de limiterfunctie nog extra mogelijkheden voor de bewerking van mono- of stereosignalen, waaronder expander, gate of de-esser.
Deze limiter is officieel erkend en maakt het mogelijk om de ingestelde “geluidsgrens” te verzegelen, zodat er geen discussie over het volume kan ontstaan.
Op luidruchtige podia, waar de kans op feedback het grootst is, herkennen feedbackonderdrukkers frequenties die zich in een fractie van een seconde beginnen op te bouwen en onderdrukken ze automatisch. Sommige apparaten analyseren de mix continu om direct op feedback te reageren, terwijl de filters automatisch worden bijgesteld. Afhankelijk van het model kunnen meerdere frequenties tegelijk worden onderdrukt.
Crossovers worden gebruikt om het volledige frequentiespectrum op te splitsen in afzonderlijke bereiken en deze naar de juiste luidsprekers door te sturen. Een voorbeeld is de subwoofer, die uitsluitend de lage frequenties weergeeft en geen middentonen of hoge tonen hoeft te verwerken. Daardoor worden mid- en hoogdrivers ontlast, wat zorgt voor een helderder en preciezer klankbeeld waarbij elke luidspreker optimaal binnen zijn bereik kan presteren.
Voorbeeld van een crossover: Behringer CX2310 V2
Vrijwel iedereen heeft weleens bewust of onbewust een equalizer gebruikt, bijvoorbeeld op de stereo-installatie thuis of in de auto. In eenvoudige toepassingen gaat het vaak om twee of drie regelaars voor specifieke frequentiebanden. Op mengpanelen zijn EQ-secties doorgaans uitgebreider. Een 3-bands klankregeling maakt het vaak mogelijk om de middenfrequentie variabel in te stellen: dan spreekt men van een parametrische equalizer. Een klassieke SSL-console biedt daarnaast aparte regelaars voor lage en hoge middentonen.
31-bands grafische EQ in gebruik: Behringer FBQ3102HD Ultragraph Pro
Van een grafische equalizer spreekt men wanneer de frequenties vast zijn toegewezen en als schuifregelaars achter elkaar zijn geplaatst. Zo is de frequentiecurve visueel af te lezen — vandaar benamingen zoals “smile-curve” of “V-curve”. Grafische equalizers worden vaak aan het einde van de signaalketen geplaatst, direct vóór de eindversterkers, om het geluid aan te passen aan de akoestiek van de ruimte. Vaak wordt een zogeheten master-EQ gebruikt om storende basresonanties in de som te corrigeren. Daarnaast is er meestal een low-cutfilter (high-pass) aanwezig dat lage frequenties onder een bepaalde waarde volledig verwijdert.
Deze DBX 231S equalizer biedt 31 banden per kanaal om een stereosom optimaal aan te passen aan ruimte en systeem.
Wie een mengtafel voor livegebruik zoekt, kiest meestal voor een model waarin alle gangbare effecten al zijn geïntegreerd. Maar ook buiten de mengtafel — bijvoorbeeld rechtstreeks op het podium — worden vaak zelfstandige multieffecten gebruikt om het geluid gericht vorm te geven.
Terwijl de hierboven genoemde specialistische apparaten zich vooral lenen voor de totaalmix, worden andere multieffecten direct bij instrument of microfoon ingezet. Zo kunnen zangers harmonieën, reverb of vervorming aan hun signaal toevoegen. Ook effecten zoals chorus of compressie zijn beschikbaar om de geluidstechnicus een kant-en-klaar, uitgebalanceerd signaal te leveren — vooral handig wanneer hij nog niet met de band heeft gewerkt.
Multieffect voor flexibele soundbewerking: Behringer Virtualizer